Elders op deze website (hier en hier) wordt verslag gedaan van de aanleg van 5 systemen voor actief grondwaterpeilbeheer. De systemen maken deel uit van een POP3-pilot waarin nader bekeken wordt of buisdrainage zich ook leent voor sub-irrigatie.
De pilot is gebaseerd op eerdere praktijkervaringen in de Hoeksche Waard met sub-irrigatie door het opzetten van het slootpeil. Akkerbouwers werden telkens verrast door de snelheid waarmee de bodem het water opnam. Uiteraard houdt dit verband met de over het algemeen gunstige profieleigenschappen van de Hoekschewaardse bodem.
De 5 systemen die nu aangelegd zijn (aGPS: actief GrondwaterPeilbeheerSysteem) voorzien in een actieve en nauwkeurige regeling van de bodemvochthuishouding. De regeling is gebaseerd op een halvering van de gangbare drainafstand van 10 à 12 naar 5 m. In de recente natte periode viel het op hoe snel de neerslag afgevoerd werd en het vochtgehalte van de bodem terugkeerde naar veldcapaciteit. We realiseren ons dat dit, behalve met de kleine drainafstand, vooral te maken heeft met de verbeterde ontsluiting van de ondergrond via de sleuven van de kettingdrainage.
Het is moeilijk bewijsbaar, maar het leek alsof de grond op de aGPS-percelen afgelopen voorjaar iets makkelijker bewerkbaar was. Misschien dat de verschraling als gevolg van de kettingdrainage daar ook aan bijgedragen heeft. De bevindingen stroken wel met het feit dat een kleibodem die veel nat-droog cycli ondergaat meer structuur vormt dan een bodem die langdurig nat of droog is.
Het regenwater dat in de natte meimaand na het poten/zaaien gevallen is, is allemaal gebufferd (ca. 110 mm; zie
hier). Na de natte periode zette een daling van de grondwaterstand (gws) in. Na de eerste fase waarbij water gebufferd werd, begint nu een tweede fase waarbij het streven is om de gws niet verder te laten zakken dan nodig is voor de vochtvoorziening van het gewas.
Het meten en regelen van de gws met het systeem
Heerschap/
Promeco wordt hierna nader toegelicht aan de hand van één van de aGPS-percelen. Het betreft een 11-ha groot perceel dat verdeeld is in drie peilvakken, zie afbeelding 1. De maaiveldhoogte van de peilvakken H1 en H2 is vrijwel gelijk en het maaiveld ligt relatief vlak. Aan de noordkant loopt het perceel behoorlijk op. Het peilvak H3 ligt gemiddeld 60 cm hoger dan het aangrenzende peilvak H2.
Afb. 1 Schematische weergave van aGPS van Heerschap/Promeco op één van de vijf percelen in de POP3-pilot. De rode lijnen begrenzen de peilvakken.
afb. 2 Het openingsscherm van de Promeco-app toont het perceel met de peilvakken H1, H2 en H3.
In ieder peilvak wordt de gws gemeten door een aan een stijgbuis gekoppelde meetdrain. De Promeco-regeling vergelijkt de actuele gws met de gewenste gws. De app met het Promeco-dashboard, dat op de PC of de smartphone geopend kan worden, laat de actuele en gewenste waarde per peilvak zien en biedt de mogelijkheid om de gewenste waarde aan te passen (afb. 3).
Afb. 4 De actuele gws volgens de meting met de meetdrain ('Meting') en de instelbare gewenste gws ('Toevoer') en monding van de stuwbuis ('Stuwbuis').
De Promeco-regeling verzorgt vervolgens de automatische aansturing van de waterpomp in de pompput en de toevoer van water via de vlotter-toevoerregeling (afb. 1 en in meer detail
hier). Op het dashboard kan ook de hoogte van de stuwbuis van elk peilvak ingesteld worden (afb. 4). De hoogte van de stuwbuis bepaalt de ontwateringsbasis. De hoogte van de stuwbuis is vooral van belang bij het bufferen van water. Bij het inlaten van water wordt de hoogte van de stuwbuis een paar decimeter boven de gewenste gws gehouden om te voorkomen dat het irrigatiewater ‘overloopt’.
Het Promeco-dashboard kan ook het verloop van de actuele en ingestelde gws in de tijd weergeven in een grafiek. De grafiek geeft tevens feedback over de reactie van de regeling op een aanpassing van de instelling, ter controle. Tot nu toe maken de hard- en software een solide indruk en is de pompcapaciteit toereikend om de gewenste grondwaterstanden te realiseren. Helaas kunnen we nog niet beschikken over de Aqua Pins van Fixeau om een beter onderbouwde keuze te maken v.w.b. de gewenste gws.
Afb. 5 Het verloop van de actuele (blauw) en gewenste gws (rood) in de tijd. De linker x-as geeft het niveau t.o.v. NAP weer. De zwarte en okergele lijnen geven feedback over de vlotter-toevoerregeling en de stuwbuis voor controle doeleinden. De rechter x-as geeft een spanning in Volts weer.
14 juni 2021 | ©HWodKa 2021 | Peter Lerink (IB-Lerink)