Tarra ondermijnt de opbrengstkartering bij aardappels en suikerbieten op kleigronden. Wellicht dat we ooit met een ruggenscanner de opbrengst en de maatvoering kunnen meten om het juiste oogstmoment te bepalen. Dat klinkt even futuristisch als toen er voorspeld werd dat je vanuit satellieten iets zinnigs over de gewasontwikkeling kunt zeggen.
De aardappelopbrengst is o.a. afhankelijk van de lengte van het groenseizoen, en m.n. het deel van het seizoen waarin de vegetatieve vermeerdering plaats vindt. In groeiseizoen 2018 zag je soms grote verschillen binnen percelen: zones die op hun retour waren en zones die nog volop groeiden (al of niet met doorwas). HWodKa heeft onderzocht of je de ruimtelijke verschillen in opbrengst kunt schatten aan de hand van een RGB-satellietbeeld (natuurlijke kleuren, d.w.z. geen berekende vegetatie index).
Afb. 1 Satellietbeeld van 1 september 2018 (www.satellietdataportaal.nl; TriSat 0,8m resolutie) van een aardappelperceel in de Hoeksche waard, geprojecteerd op een luchtfoto. In de lichte zones is het gewas op zijn retour.
De beschikbaarheid van hoge resolutie satellietbeelden is nog niet groot, maar we troffen het dat een wolkenvrij beeld genomen was van een deel van de Hoeksche Waard op 1 september. Dit was in een periode waarin de verschillen in gewasontwikkeling binnen en tussen aardappelpercelen zich duidelijk manifesteerden.
Aan de hand van proefrooiingen hebben we een ijklijn gemaakt tussen de lokale pixelwaarde en de opbrengst op diezelfde plek. Dit leverde de onderstaande kaart op (afb. 2):
Afb. 2 Prognose van de ruimtelijke verdeling van de opbrengst op basis van een satellietbeeld en proefrooiingen.
Op het perceel is ook een opbrengstmeting gedaan tijdens het rooien door Loonbedrijf Breure. De opbrengstkaart wordt hieronder getoond (afb. 3):
Afb. 3 Opbrengstkaart aardappels (Loonbedrijf Breure). Legenda: opbrengstindex geel = 100; rood<88; donkergroen 112.
De 'geschatte' opbrengstkaart en de 'gemeten' opbrengstkaart tonen een behoorlijke gelijkenis. Verschillen zijn er ook, en m.n. in de ZW-hoek. Daar meet de rooier een hogere opbrengst dan volgens de schatting op basis van het satellietbeeld. Een mogelijke verklaring is, dat de grond in die zone wat zwaarder is. Dat blijkt uit de ploegweerstandkaart in afb. 4. Deze ploegkaart visualiseert de rijsnelheid tijdens het ploegen. Het is aannemelijk dat het tarrapercentage in genoemde zone iets hoger is.
Afb. 4 Ploegweerstandkaart. Deze kaart laat zien dat de grond in het ZW-deel van het perceel wat zwaarder is. Het is aannemelijk dat het tarrapercentage daar ook wat hoger zal zijn.
De opbrengstverschillen binnen het perceel zullen in dit extreem droge jaar vooral aan het verschil in drooglegging toe te schrijven zijn (zie ook
elders op deze website).
Afb. 4 Drooglegging. In de witte zones is de drooglegging ca. 1,5 m; in de donkerblauwe zones ca. 1 m. De beregening was kennelijk niet voldoende om dit verschil te compenseren.
Wat is de praktische betekenis van dit onderzoekje? Naar onze mening kunnen satellietbeelden gebruikt worden om opbrengstkaarten te nuanceren waardoor de werkelijke ruimtelijke variatie beter benaderd wordt. Satellietbeelden zijn gratis toegankelijk via
www.satellietdataportaal.nl.