In het afgelopen WT-groeiseizoen werden 2 WT-percelen gevolgd en vergeleken: BA en LA. De twee belendende percelen hebben dezelfde grondsoort en zijn vlak. De percelen hadden dezelfde voorvrucht (CA). De voorvrucht van LA was natter geoogst dan BA. Ongeveer gelijktijdig werd in het najaar 2015 WT gezaaid: BA-Premio, LA-Residence.
Het satellietbeeld (
www.satellietbeeld.nl) van 11 maart 2016 (links) laat zien dat het gewas op perceel BA een voorsprong heeft. Bovendien toont perceel LA een relatief grote zone waar de gewasontwikkeling wat achterblijft t.o.v. de rest van het perceel, o.a. als gevolg van wildschade (smienten).
De achterstand blijft ook op de 11 april (midden) en 5 mei (rechts) beelden zichtbaar. Op perceel BA ontstaat op een paar plekken wildschade (pijlen).
Na 5 mei waren geen satellietbeelden meer beschikbaar. Ook de
Groenmonitor laat zien dat het gewas op perceel LA op achterstand de winter uit kwam, maar deze achterstand werd in de voorzomer ingelopen. Het ras Residence staat hierom bekend.
De opbrengstkaart laat zien, dat de opbrengst op perceel LA iets hoger was dan op BA (10 - 15%). De zwakke plekken volgens de satellietbeelden komen terug in de opbrengstkaart. Op de zogenaamde hoog-laag opbrengstkaart komen de zones nog iets duidelijker naar voren. Op perceel LA waren de verschillen tussen de zones klein (10 - 20%). Op perceel BA was het verschil groter (tot 50%), maar de zones met een relatief lage opbrengst waren relatief klein. Door het koele vroege voorjaar, schimmelaantasting tijdens de bloei en een lage lichtintensiteit in de voorzomer waren de ha-opbrengsten dit jaar relatief laag (-20% in het onderhavige geval), ondanks het goed ontwikkelde bladapparaat, m.n. bij BA.
Conclusie
BA kon de voorsprong in het afgelopen WT-seizoen niet omzetten in een hogere opbrengst. Dit zal o.a. door het rasverschil te verklaren zijn. LA had een trage start. Het is de vraag of een hogere opbrengst mogelijk zou zijn geweest bij betere beginontwikkeling. De oogst van de voorvrucht onder droge omstandigheden had wellicht geleid tot die betere beginontwikkeling.
Een bemestingsadvies op basis van een gewasscan gaf aan, dat op plekken met een lagere biomassa op perceel LA minder gestrooid hoefde te worden. De akkerbouwer oordeelde echter anders. Hij wist uit ervaring dat de lagere biomassa niet een gevolg was van een lager productievermogen van de bodem. Hij heeft het bemestingsadvies daarom niet opgevolgd. Waarschijnlijk een terechte keuze omdat de uiteindelijke opbrengstverschillen binnen zijn perceel verrassend laag waren.
Ook dit jaar leverden de satellieten niet voldoende beelden voor een complete tijdserie. Bewolking frustreerde de levering van beelden in de voor WT belangrijke periode van begin mei tot eind juni.